|
Macroscopische beschrijving Baincthun-3: Allee nog kleine niet-verweerde grijze vlek over (medium dark-grey – N4 – nat), rest lichtbruin geoxideerd (10YR5/4): kalkzandsteen met talrijke bleke (wt)beige tot lichtgrijze) kleine bioklasten met voorkeursoriëntatie. Enkele niveaus met moldic porosity (holten van enkele mm tot 0,5 cm). |
|
Slijpplaatje n°22: Medium gesorteerde fijnkorrelige zandsteen met poikilotopisch calcietcement. Subhoekige tot subafgeronde zandkorrels |
|
Baincthun-3: idem kalkzandsteen met talrijke bioklasten (pelecypoden, echinodermen), zeldzame glauconietkorrels. Syntaxiaal calcietcement rond echinodermenresten. Zeldzame stukjes zwart fossiel houtskool (met duidelijk bewaarde celstructuur van het hout) (tot enkele mmm groot) |
|
Pad (Sentier de la Pierre de Baincthun) gevolgd tot in een voormalige (nu volledig opgehoogde) steengroeve. Her en der verspreid liggen nog enkele grote blokken harde (kalk)zandsteen waarvan we verschillende stalen hebben genomen .
Zeer harde, middelmatige tot grofkorrelige kalkzandsteen met soms laminae vol met fossiele schelpen (vaak uitgeloogd), soms granule-achtig met zwarte keitjes (sic!). Overgang beige (buitenste verweerde korst) naar grijsblauw (vers, onverweerde kern) duidelijk zichtbaar op breukvlak. |
